Klein wild (haasje, bunzing etc.) – jong

Als men gaat wandelen en een jong dier open en bloot aantreft in het veld, denkt men al snel dat dit een zielig beestje is, dat door de moeder is achtergelaten. Maar dat is echt niet zo, moederdier  is in de buurt en zorgt erg goed voor de kleintjes. Vlak na zonsondergang verzamelt de hele familie zich bij het leger waar de jongen geboren zijn. Dan worden ze gezoogd en gaan daarna weer ieder een kant op. Heel slim natuurlijk, want als er een vijand langskomt is slechts een kleintje ‘t haasje en niet het hele nestje.

Daarom willen we u adviseren dat als u tijdens het wandelen een haasje of ander jong zoogdier in het veld ziet: Afblijven, gewoon laten zitten en nooit aanraken. Moeder is in de buurt en de kleintjes zijn nergens beter af dan in de natuur.

Uitzondering: mocht het jonge dier gewond zijn of zich op een onveilige plek bevinden bijvoorbeeld vlak langs een verkeersweg, of op een voetbalveld of sportterrein, bel dan de dierenambulance. De dierenambulance brengt de jonge beestjes naar een opvangcentrum.

Jong uiltje uit boom gevallen

Laat het vogeltje zitten, hij klimt er zelf weer in.

  • Als de omgeving erg druk of onveilig is (katten, honden en/of kinderen) zet dan het uiltje terug in de boom, zo nodig met behulp van de dierenambulance.
  • Probeer bij roofvogels altijd zo nauwkeurig mogelijk de vindplaats aan ons door te geven, zodat wij de vogels weer op dezelfde plek terug kunnen plaatsen. Bij uilen, indien mogelijk, op de boom nauwkeurig.

Jonge eendjes

  • Als moedereend met een paar pulletjes op het water is en de andere pulletjes lopen op een gevaarlijke plek, breng dan de pulletjes naar het water, naar moedereend en haar andere jongen.
  • Als moedereend dood is, breng dan de eendjes naar onze vogelopvang (zie Contact). Als je de eendjes zelf niet kunt brengen, bel dan de dierenambulance.
  • Zet verlaten jonge donzige eendjes niet in een bak met water. Hun veren zijn nog niet waterdicht en ze zullen dus te snel afkoelen, doorweekt raken en kunnen verdrinken.
  • Eenden komen nog wel eens op een ongeschikte plaats. Als de ouder met een aantal jongen op een ongeschikte plaats terecht gekomen is, vang dan eerst de ouder en daarna de jongen. Breng ze naar een geschikte plaats en laat daar eerst de jongen vrij en daarna de ouder. Heeft u hulp nodig bij het vangen van de ouder en de jongen, bel dan de Dierenambulance.

Jonge meeuwen

In het voorjaar worden heel veel jonge meeuwen binnengebracht bij onze vogelopvang, vaak onterecht!

Meeuwen kunnen, als ze uit het nest komen, de eerste dagen niet vliegen.  Ze lopen er dan wat verloren bij en worden bijgevoerd door de ouders, ooms en tantes, terwijl ze ook zelf leren om eten zoeken.

  • Als de jonge meeuw nog erg jong en pluizig is, is hij te vroeg uit het nest gevallen. Als je weet waar het nest is, probeer het jong dan terug op het dak te plaatsen. Als dat niet echt niet lukt, breng dan het jong naar onze vogelopvang (zie Contact) of bel de dierenambulance voor hulp.
  • Als de jonge meeuw al veren heeft (en soms nog pluis op de kop) en niet gewond is, hoef je niks te doen. Het jong lijkt verlaten, maar de ouders zijn in de buurt voedsel aan het zoeken.
  • Mocht je echt lange tijd geen ouders in de buurt zien, dan kun je de jonge meeuw vangen en in een doos naar onze vogelopvang brengen. Als je het meeuwenjong niet zelf kunt vangen en/of brengen, bel dan de dierenambulance.
  • Als de omgeving erg gevaarlijk is (bijv. een drukke weg ), jaag de meeuw dan naar een wat rustiger stuk, zo nodig met behulp van de dierenambulance.
  • Is de meeuw gewond dan kun je proberen de meeuw te vangen. Doe hem in een doos of zet een doos, vouwkratje of wasmand over de meeuw heen en bel de dierenambulance.
  • Heb je hulp nodig bij het vangen van de gewonde meeuw, bel dan de dierenambulance.

Jong, kaal vogeltje

Als het vogeltje nog zo jong is dat het nog geen veren heeft, is het te vroeg uit het nest gevallen. Dit kan gebeurd zijn door bijvoorbeeld storm, roofdieren of -vogels of verstoting door de ouders.  Wanneer je echt een verlaten jong vindt, doe dan alstublieft het volgende:

  • Breng de vogel zo snel mogelijk naar onze vogelopvang (zie Contact) of laat het ophalen door de dierenambulance. Hoe langer je wacht, des te minder de kans dat hij het overleeft.
  • Zoek een klein doosje of mandje. Leg onderin wat keukenrolpapier, rol een oude (hand)doek op en leg die langs de kanten.
  • Zet de jonge vogel in het doosje en leg een (hand)doek over de bovenkant.
  • Wordt het jong opgehaald? Hou de jonge vogel warm.
  • Laat de vogel zoveel mogelijk met rust en kijk niet steeds onder de doek hoe het met hem gaat. Stress is dodelijk.
  • Geef de jonge vogel geen vocht of voedsel. Vaak komt het in de luchtpijp terecht.

Jong vogeltje met veren

In het voorjaar worden er veel jonge vogeltjes binnengebracht bij onze vogelopvang. Vaak onterecht!

De meeste jonge vogels kunnen, wanneer ze uit het nest komen, niet vliegen. Het is normaal dat de jongen uit het nest springen of vallen. Ze zijn in het stadium van de ‘vliegtraining’. De ouders voeden het jong constant op de grond totdat het kan vliegen (dit duurt meestal enkele dagen).

  • Tenzij gewond, moeten deze vogeltjes met rust gelaten worden op de plek waar ze zijn.
  • Houd kinderen, honden en katten uit hun buurt.
  • Lukt dit niet, zet het in een doosje op een wat hogere plek waar het veilig is voor katten en de ouders er wel bij kunnen om te voeren.
  • Zijn beide ouders van het jong overleden?  Kijk goed of het jong echt zijn ouders kwijt is voor je hem oppakt!
    Bekijk hem eerst van een afstand, gedraag je rustig. Stel je enigszins verdekt op, zodat de oudervogel je niet gevaarlijk vindt en het jong verlaat.
  • Weet je echt zeker dat het jong verlaten of gewond is? Zet het dan in een doosje en breng het naar ons vogelasiel brengen (zie Contact) of bel de dierenambulance.