Schildpadden

Bijna alle schildpadden in Nederland zijn in gevangenschap geboren. Toch zijn het wilde dieren die zich niet aan ons klimaat kunnen aanpassen.

  • Zorg voor je eigen veiligheid, schildpadden kunnen hard bijten! (Toch gebeten? Neem contact op met je huisarts.)
  • Doe de gevonden schildpad zo snel mogelijk in een emmer en sluit deze af met een handdoek.
  • Doe geen water in deze bak of emmer.
  • Zorg ervoor dat het dier niet op de tocht komt te staan! Laat de emmer daarom niet op de grond staan.
  • Was je handen! Schildpadden dragen nare bacterieën bij zich.
  • Bel onze dierenambulance. Wij kunnen de schildpad naar een gespecialiseerde opvang brengen.

Meer weten over in het wild levende schildpadden? Kijk dan op schildpaddenopvang.nl.

Tam konijn

Een tam konijn kan ontsnapt of gedumpt zijn.  Zonder menselijke hulp zijn deze konijnen ten dode opgeschreven! Tamme konijnen zijn het grootste deel van hun instincten kwijt, aangezien ze altijd door mensen gevoederd zijn geweest. Zeker in herfst/winter is het voor hen moeilijk om te overleven.

  • Weet je zeker dat het een tam konijn is? > lees hier hoe je een tam konijn herkent. 
  • Probeer het konijn te vangen. Dit kun je beter met meerdere mensen doen. Je kunt het konijn ook proberen te lokken met voedsel (heb geduld).
    > hier staan tips vinden voor het vangen van een tam konijn.
  • Als het konijn gevangen is, probeer het dan zo mogelijk goed te huisvesten, bijvoorbeeld in een wasmand met kranten, een grote doos (wel meer kans op kapot knagen), een hondenbench etc.  Heb je stro of hooi, dan kun je dit er ook bij leggen. Je kunt het konijn eventueel wat te eten geven, zoals gras, paardenbloem(blad), wortel.
  • Kijk op www.amivedi.nl of het konijn vermist wordt.
  • Bel de dierenambulance en dierenasiel en geef de kenmerken van het konijn door. Misschien hebben zij al een melding van een vermist konijn.
  • Als de eigenaar niet bekend is, kun je het konijn naar het dierenasiel brengen (zie Huisdier gevonden) of laten ophalen door de dierenambulance.

Loslopende hond gevonden of gezien

Als je de hond makkelijk kunt benaderen, kijk dan of je aan een lijn, stuk touw of iets dergelijks kunt komen om hem mee vast te maken.
Zorg dat de hond goed in het zicht blijft vanaf de openbare weg. Vaak is de hond pas net ontsnapt en is de eigenaar op zoek.
Als je geen eigenaar ziet, bel onze dierenambulance. Honden zijn gechipt. Als het chipnummer is geregistreerd en de contactgegevens kloppen dan kunnen wij contact opnemen met de eigenaar.

Is de hond angstig en niet eenvoudig te vangen, probeer dit dan ook niet! Het dier zal steeds verder weggaan van de plek waar hij zijn baasje is kwijtgeraakt, raakt in paniek en kan zelfs een verkeersongeluk krijgen.
Blijf rustig, geef de hond de ruimte en houd zelf ruim afstand.
Bel de dierenambulance en doe een zgn. zichtmelding. Als de eigenaar ons belt over een vermiste hond dan weten wij ervan (de dierenambulance vangt geen loslopende honden).
Kijk of er iemand is die op Facebook en Amivedi kan kijken of er zo’n hond wordt vermist.

Klein wild (haasje, bunzing etc.) – jong

Als men gaat wandelen en een jong dier open en bloot aantreft in het veld, denkt men al snel dat dit een zielig beestje is, dat door de moeder is achtergelaten. Maar dat is echt niet zo, moederdier  is in de buurt en zorgt erg goed voor de kleintjes. Vlak na zonsondergang verzamelt de hele familie zich bij het leger waar de jongen geboren zijn. Dan worden ze gezoogd en gaan daarna weer ieder een kant op. Heel slim natuurlijk, want als er een vijand langskomt is slechts een kleintje ‘t haasje en niet het hele nestje.

Daarom willen we u adviseren dat als u tijdens het wandelen een haasje of ander jong zoogdier in het veld ziet: Afblijven, gewoon laten zitten en nooit aanraken. Moeder is in de buurt en de kleintjes zijn nergens beter af dan in de natuur.

Uitzondering: mocht het jonge dier gewond zijn of zich op een onveilige plek bevinden bijvoorbeeld vlak langs een verkeersweg, of op een voetbalveld of sportterrein, bel dan de dierenambulance. De dierenambulance brengt de jonge beestjes naar een opvangcentrum.

Klein wild (haas, bunzing etc.) – ziek of gewond

Dieren die hulp nodig hebben, zijn dieren die:

  • gewond zijn;
  • overdag duidelijk in zicht buiten lopen, vooral in de winter;
  • door een hond zijn gebeten;
  • weinig of niet bewegen als ze worden aangeraakt;
  • zich wankelend voortbewegen of in kringetjes lopen;
  • snotteren, hoesten of een piepende ademhaling hebben;
  • stinken (=gewond);
  • erg mager en/of uitgedroogd zijn;
  • onderkoeld zijn;
  • uit het water zijn gehaald;
  • onder de vliegeneitjes en maden zitten en/of heel veel vlooien en/of teken hebben.

Wat kun je doen?

  • Zoek een hoge kartonnen doos, krat of (katten)mand.
  • Leg een laag kranten op de bodem en probeer een nest te maken van oude lappen of handdoeken.
  • Pak het dier op met dikke handschoenen of leg eerst een handdoek over het dier heen. Let op: wilde dieren kunnen bijten.
  • Laat een handdoek over het dier heen liggen (wel zo dat het beestje kan ademen), dit beperkt stress en onrust.
  • Houdt het dier warm door een kruik of fles warm water (niet heet) met een handdoek er omheen bij het dier te plaatsen.
    Het dier heeft voldoende ruimte nodig om van de warmtebron af te kunnen kruipen.
  • Geef water (níet tijdens het vervoeren). Nooit melk!
  • Nooit zelf gaan dokteren, zorg voor wilde dieren is te complex.
  • Neem contact op met de dierenambulance om het dier naar een specialistische opvang te laten brengen.

Het is de dierenambulance NIET toegestaan door de Provincie om hulp aan herten en vossen te verlenen. Ook niet als ze gewond of dood zijn. Hiervoor kun je contact opnemen met de politie via nummer 0900 8844.

Kat zwerft door de buurt

  • Informeer bij buurtbewoners of zij de kat kennen.
  • Kijk op www.amivedi.nl of de kat als vermist staat opgegeven
  • Soms lijkt het of een kat geen thuis heeft, maar blijkt deze ‘s nachts toch gewoon naar huis te gaan.
  • Geef andermans kat geen eten. Het komt regelmatig voor dat een kat ergens anders te eten krijgt en daardoor niet meer terug naar huis gaat. Bovendien kan een kat om medische redenen op speciaal voer staan; ander voer doet hem dan meer kwaad dan goed.
  • Als je denkt de kat echt een zwerver is of er erg slecht uit ziet (zeer mager, gewond), probeer dan de kat naar binnen te lokken en bel de dierenambulance. Wij kunnen kijken of de kat gechipt is. Is dit niet zo of zijn de geregistreerde gegevens onjuist, dan brengen wij de kat  naar het dierenasiel.
  • Klik hier voor meer tips na het vinden van een huisdier.

Dode vogel gevonden

Dode, wilde vogels en andere wilde dieren haalt de dierenambulance niet op. Je kunt hiervoor de betreffende gemeente bellen:

Jong uiltje uit boom gevallen

Laat het vogeltje zitten, hij klimt er zelf weer in.

  • Als de omgeving erg druk of onveilig is (katten, honden en/of kinderen) zet dan het uiltje terug in de boom, zo nodig met behulp van de dierenambulance.
  • Probeer bij roofvogels altijd zo nauwkeurig mogelijk de vindplaats aan ons door te geven, zodat wij de vogels weer op dezelfde plek terug kunnen plaatsen. Bij uilen, indien mogelijk, op de boom nauwkeurig.